Skip to main content

Overwegingen

Op deze pagina vind je overwegingen van pastor Herwi Rikhof. Hier kun je de inspirerende woorden uit de mis rustig nalezen en laten bezinken.

Overweging voor de 23ste zondag door het jaar 2025

Natuurlijk zie ik hem veranderen Paulus als ik naar hem kijk in deze kerk. Ik zie hem altijd recht
tegenover mij, als ik sta te preken, kwaad met de rug naar zijn tolerante leraar Gamaliel. En als ik
de kerk rondloop zie ik hem als getuige bij de moord op Stefanus, zie ik zijn flitsende bekering voor
de poort van Damascus, zie ik hem in in vergadering met de andere apostelen en weet dat hij daar
pleit voor het opnemen van heidenen zonder het opleggen van allerlei wettelijke lasten en ik zie hem
met zijn vriend Barnabas als het ware de kerk uitlopen met de besluiten van die vergadering, met de
brief waarin staat: de H. Geest en wij hebben besloten. Maar ik weet ook dat hij daarna ruzie heeft
gekregen met die vriendelijk Barnabas, dat hij op zijn reis door Griekenland ongeveer overal in
ruzies terecht komt. Paulus is geen makkelijk man, niet voor zijn bekering, niet na zijn bekering. Dat
blijkt ook uit zijn grote brieven. Maar vandaag krijgen we een heel andere kant van hem te zien in
dat persoonlijke briefje aan Philemon. De toon is mild en vriendelijk. Hij blijkt gehecht te zijn
geworden aan Onesimus, de weggelopen slaaf van Philemon, die een soort mantelzorger voor hem
is geworden en die hij als een broer of een kind beschouwt. Misschien is Paulus, oud geworden, ook
milder geworden. Oud en wijs.

Maar die oude wijze Paulus stuurt de weggelopen slaaf Onesimus wel terug naar zijn meester. Dat is
voor ons niet echt begrijpelijk. Want Paulus houdt zo het systeem van slavernij in stand, een voor
ons onbegrijpelijk en verwerpelijk systeem. Paulus houdt zich zo ook wel aan de heersende wet
waarin weggelopen slaven streng gestraft werden. Maar toch. Wij weten ook van wetten die niet
deugen, wij weten ook van burgerlijke ongehoorzaamheid als een plicht van weldenkende, gelovige
mensen. Vandaag protesteren niet voor niets mensen tegen een wet die als die aangenomen wordt
menselijke hulp aan vluchtelingen strafbaar maakt. Is Paulus hier niet inconsequent? Hij heeft toch
in zijn grote brieven als kern van het geloof in Jezus de Christus keer op keer gesteld dat
maatschappelijke en culturele onderscheiden niet meer gelden voor degenen die gedoopt zijn in de
naam van Jezus, die zijn lichaam vormen. In Christus geen onderscheid meer tussen Jood en heiden,
tussen man en vrouw, tussen vrij en slaaf. (Gal 3,26-28; 1 Kor 12, 13)

Zeker dat heeft hij gedaan, en hij is keer op keer kritisch op wat in zijn maatschappij als waarden en
normen worden voorgesteld, omdat die niet automatisch de waarden en normen van een christelijke
gemeenschap zijn. Zo waarschuwt hij voor het denken dat de vrede die verkondigd wordt, de pax
romana, ook de vrede is die de verrezen Heer zijn leerlingen toewenst (1 Tes 5.3). De vrede van het
koninkrijk van God is een andere dan de vrede die de Romeinse keizers met hun bezettingslegers de
volken opleggen. De manier waarop machtige rijken maaltijd houden met mensen die hun steun
nodig hebben, met verschillende tafels en verschillende wijn, de goede wijn voor vrienden en de
duidelijk mindere voor die hulpzoekers, mag niet het model zijn voor de maaltijd van de Heer. Daar
is geen onderscheid in tafels en daar wordt voor iedereen de beste wijn geschonken. (1Kor 11, 17-
22) .

Maar als je goed in die brieven leest, kun je ook opmerken dat Paulus hier op grenzen stuit. Wat
binnenshuis kan en moet, kan niet altijd, kan meestal niet in de maatschappij. En je kunt opmerken
dat Paulus dan als oplossing wijst op het belang van een mentaliteitsverandering. Hij levert die
belangrijke gelovige inzichten niet in, maar maakt ze innerlijk. Een vorm van realisme, een vorm
van pragmatisme, waarin niet gesjoemeld wordt, waarin de idealen wel overeind blijven, maar
waarin ook erkend wordt dat die idealen onder de huidige omstandigheden niet helemaal
gerealiseerd kunnen worden. Die les die Paulus geleerd heeft, dat de omstandigheden het realiseren
van idealen in de weg kan staan en vaak staat en dat je dan niet je idealen moet verlaten, maar moet
internaliseren, dat je dan moet concentreren op je gezindheid en mentaliteit is een les voor elke
gelovige.

Maar Paulus gaat in dit persoonlijk briefje aan Philemon nog een stap, stapje verder. Hij vraagt
Philemon, een jonge man met een gezin, een man die waarschijnlijk niet onbemiddeld is, wel de
slavernij af te schaffen en Onesimus niet meer als slaaf te beschouwen en te behandelen maar als
zijn broeder. Hij vraagt Philemon op persoonlijk vlak iets te doen wat op het maatschappelijk vlak
niet mogelijk is. Aan dat verzoek zitten twee belangrijke aspecten, ook voor ons, ook voor onze
spiritualiteit.

In de zin voor het gedeelte dat we gehoord hebben suggereert Paulus dat hij weliswaar binnen de
gezagsverhouding van de geloofsgemeenschap Philemon iets kan opleggen maar dat hij dat niet wil
doen. Daar schrijft Paulus namelijk “al heb ik ook in Christus alle recht u op uw plicht te
wijzen, toch geef ik de voorkeur aan een verzoek en aan een beroep op uw liefde.” Paulus kiest dus
niet voor opleggen , voor een bevel of voor dwang, maar voor een verzoek en instemming. En in het
gedeelte dat volgt op wat we gehoord hebben, herhaalt dat nog een keer. “Kom broeder, laat me een
beetje van u profiteren, ter wille van de Heer. Stel om Christus ' wil mijn hart gerust. Ik schrijf met
alle vertrouwen op uw bereidwilligheid; ik weet zeker dat gij nog meer zult doen dan ik vraag.” Wat
Paulus hier doet zou een model moeten zijn voor besluitvorming in onze geloofsgemeenschap op
allerlei niveau’s. Wanneer ik goed begrijp wat het synodale proces betekent, als ik de laatste
documenten goed gelezen heb, dan is precies die houding van Paulus, dat vragen en zoeken naar
instemming, wat van ons op allerlei niveaus gevraagd wordt. Dat is één belangrijk aspect. Er is nog
een ander dat raakt aan onze huidige omstandigheden.

In een van de commentaren die ik las in verband met deze preek, stond de opmerking dat Paulus
met dit verzoek aan Philemon om Onesimus niet meer als slaaf te beschouwen en te behandelen de
kiem gelegd heeft voor het afschaffen van de slavernij eeuwen later en dat daardoor dit persoonlijke
briefje terecht in de Schrift is opgenomen als een apostolisch schrijven. Paulus maakt een klein begin
met een proces dat pas eeuwen later vruchten draagt. In de huidige omstandigheden, in ons land, in
onze wereld, verliezen mensen gemakkelijk de moed door die voortwoekerende polarisatie, door de
afbraak van allerlei instellingen die voor veiligheid en rust moeten zorgen, door de dreiging van
oorlog ook in onze streken. Het jaar van de hoop waarin we ons als kerk bevinden kan dan als iets
naïefs overkomen. Maar het gedrag van de oude Paulus kan ons er dan op wijzen dat hoop klein
begint, en dat het bij ieder van ons persoonlijk kan beginnen.

Overwegingen