Skip to main content

Overwegingen

Op deze pagina vind je overwegingen van pastor Herwi Rikhof. Hier kun je de inspirerende woorden uit de mis rustig nalezen en laten bezinken.

Preek voor de tweede zondag van de advent 2024

Toeval misschien. Maar ik weet ook dat dingen opvallen wanneer je er in gedachten mee bezig bent.
Als je bezig bent een auto te kopen, zie je het merk waarover je aan het denken bent overal rijden.
Aan het begin van de week ben ik gewoon na te denken over de preek van het komend weekend, ik
lees de lezingen, ik kijk wat ik de vorige keren op deze zondag gepreekt heb. Voor deze advent heb
ik dat al een tijdje geleden gedaan om het thema vast te kunnen stellen, ‘pelgrims van hoop’, het
thema ook van het jubeljaar dat met kerstmis begint. Maar toch, afgelopen maandag ben ik
gewoonte getrouw begonnen met na te denken over de hoop. De vorige week ging mijn aandacht uit
naar het eerste deel van het thema, pelgrims, dit weekend naar het tweede deel:, hoop. Ik had het
logo van het jubeljaar op mij scherm gezet als een hulp. En toen las ik de kranten.

Nu ik ze digitaal lees, snel ik eerst de koppen, ook bij de ingezonden brieven. Meestal lees ik de
ingezonden brieven niet, maar dit keer bleef ik haken bij de kop van wat heet ‘de brief van de dag’.
“De krant mag wat minder hoop geven”. De briefschrijver begint met een onderscheid tussen
verwachting en hoop. “Hoop is wat rest als je weinig verwachtingen meer koestert” en eindigt met
“wie feiten hoog heeft, moet de grens trekken bij verwachtingen en mensen met hoop meer naar de
marge schuiven.” Het is alsof je de mevrouw van een van de regeringspartijen hoort, die vind dat
godsdienst achter de voordeur moet blijven; de mevrouw overigens die het niet zo nauw nam met
feiten over asielzoekers. Die briefschrijver heeft trouwens ook een wat aparte opvatting over feiten.
Die komen blijkbaar voor zonder enige context, die neem je waar zonder enig vorm van
interpretatie, zonder een frame zoals dat heet. Feiten spreken voor zich. Natuurlijk, de cijfers die de
temperatuur aangeven zijn feiten en spreken in zekere zin voor zich. Wanneer de temperaturen in
de afgelopen maanden hoger zijn dan vorige jaren, is er sprake van een stijging. Maar het maakt wat
uit of die cijfers en die stijging bekeken worden door iemand die ervan overtuigd is dat het klimaat
aan het veranderen is en wel door menselijke invloed, of door iemand die klimaat-veranderingen
ontkent en zeker de invloed van ons mensen daarop. Het maakt wat uit of je de ander een
‘klimaatdrammer’ vindt of niet.

Voor die briefschrijver is hoop dus een teken van zwakte, een teken van een gebrek aan realisme en
realiteitszin. Daar zit iets in. Toen de Staatsloterij mij deze week weer miljoenen voorschotelde als ik
mee ging spelen, wist ik dat het van weinig realiteitszin zou getuigen als ik erop in zou gaan. Al die
keren dat ik meegespeeld heb, heb ik nog nooit iets gewonnen. Het was wel aardig van mijn moeder
om ons met Sinterklaas een staatslot te geven, maar ik heb die cadeautjes nooit kunnen verzilveren.
Die hoop is inderdaad een teken van weinig realiteitszin, maar voor die hoop hebben wij een
duidelijke eigen term: ‘valse hoop’. Hoop, echte hoop, getuigt daarentegen wel van realiteitszin. Om
dit toe te lichten kan ik het logo voor het jubeljaar gebruiken, het logo als beeld dat pelgrims van
hoop oproept, dat dus als een verbeelding van pelgrims van hoop kan functioneren.

In het logo zie ik een aantal zaken. Allereerst: vier mensen in verschillende kleuren. En dan niet
vier mensen los van elkaar, maar verbonden, elkaar vasthoudend. Een mooi beeld van eenheid in
verscheidenheid, een ideaal dat in de documenten van het synodale proces telkens naar voren komt
als ideaal voor de kerk. Een ideaal trouwens dat wij als parochie ook nadrukkelijk hebben omarmd
al vóór het synodale proces, jaren geleden toen wij begonnen met onze fusies. Vervolgens: die vier
mensen vormen samen een scheepje. Op het logo zie je dan ook golven en zie je een mast. Een
scheepje: dat is een oud en vertrouwd beeld voor de kerk. Die mast heeft de vorm van het kruis en
eindigt in een anker. Dat is element waar ik even stil bij wil blijven staan.

Anker is het traditionele symbool, zeker in onze geloofstraditie, voor de hoop. Zoals dat gaat met
symbolen: je moet er een beetje mee spelen om de rijkdom van betekenissen die in zo’n symbool te
ontdekken. In de brief aan de Hebreeën staat “De hoop is het veilige en vaste anker van onze
ziel”(6,19) De termen ‘veilig’ en ‘vast’ duiden op de functie van een anker. Je werpt het anker uit in
een haven waar je na een reis veilig bent aan gekomen. Maar ik zou op iets willen wijzen dat als het
ware nog daarvoor ligt, vóor dat ‘veilige’ anker. Als je een anker uitgooit, probeer je de bodem te
raken, probeer je contact te krijgen met de realiteit die onder de al dan niet woelige baren ligt. Het
symbool van het anker wijst erop dat hoop geen vlucht uit de werkelijkheid is, maar juist gebaseerd
is op de werkelijkheid, contact zoekt met die werkelijkheid, dat hoop uiterst realistisch is. Maar op
dit punt komt dan weer in alle scherpte naar voren dat feiten nooit zomaar feiten zijn, maar altijd
feiten die geïnterpreteerd worden. Dat werd mij weer duidelijk toen ik eindelijk De meeste mensen
deugen ben gaan lezen.

Ik had het boek gekregen en het lag op een van die stapels. Voor de vakantie had ik het wel
meegenomen, maar was er niet aan toegekomen. De afgelopen weken ben ik er in begonnen en ik
ben eerlijk gezegd, wel een beetje geschrokken en dat is nog zachtjes uitgedrukt. Een van de boeken
die ik jaren geleden gelezen heb en die, ontdek ik nu, een redelijk grote invloed op mijn denken over
cultuur en maatschappij gehad heeft, is de roman Lord of the Flies. Een verhaal over een groep
jongens, die op een onbewoond eiland terecht komen en beetje bij beetje de beschaving die ze
geleerd hebben, afbreken. Beschaving als een dun laagje fineer dat gemakkelijk verdwijnt en dan
komt de ware aard naar boven. Ook al leven we in een periode van vrede, om ons heen zien we
oorlogen en al eerder hebben we op de Balkan gezien hoe een land als Joegoslavië na jaren van
rustig en samenleven uit elkaar viel en buren elkaar naar het leven stonden en er genocide plaats
vond. Hetzelfde geldt voor Ruwanda. Bevestigingen van dat beeld dat beschaving maar een dun
laagje fineer is, een laagje vernis dat makkelijk verdwijnt. Maar in De meeste mensen deugen, laat
de schrijver zien dat er een hele ander verhaal is over jongens die op een onbewoond eiland komen
en zich heel anders gedragen dan in die roman en dat verhaal is niet verzonnen zoals Lord of the Flies. En, dat is niet het enige schokkende in dat boek. Allerlei verhalen, allerlei onderzoeken die
dat beeld van onze cultuur als een dun vernislaagje oproepen, blijken niet te kloppen. Op de Titanic
bleek uit een ogengetuige verslag niet dat er massaal geduwd en getrokken werd, zoals op de films
over die ramp wel te zien is. Een onderzoekscentrum heeft sinds 1963 op basis van honderden
onderzoeken vastgesteld dat bij een ramp nooit totale paniek uitbreekt of een vloedgolf van egoïsme.
Ik laat de schrijver Rutger Bregman maar even aan het woord. “In noodgevallen komt het beste in
mensen naar boven. Ik zou geen sociologisch inzicht weten dat zo stevig is onderbouwd en zo straal
wordt genegeerd. Het beeld dat in de media wordt geschetst is steevast het omgekeerde van wat er
daadwerkelijk na een ramp gebeurt.”(22)

Ik ben aan het begin van het boek, maar dat tegendraadse begin heeft mij wel aan het denken gezet,
over mijn eigen visie op de cultuur als een dun laagje vernis en dat vooral in verband met het thema
van deze advent en het motto van jubeljaar. Als we namelijk de concentratie op de hoop serieus
nemen als onderdeel van ons geloof dan raken we een zenuw in ons perspectief op de realiteit.

Tot ons gelovig perspectief op de werkelijkheid hoort hoop als een wezenlijk element. Dat wordt
duidelijk gemaakt door kerkvaders en theologie die in de loop der eeuwen nagedacht hebben over
hoop.

In onze geloofstraditie wordt hoop, samen met geloof en liefde, een deugd te noemen. Een deugd is
een bepaalde houding, een houding waardoor je iets haast vanzelfsprekend doet en met gemak en
met plezier. Een soort tweede natuur dus, en dat is geen dun laagje fineer. Over die tweede natuur is
heel wat te zeggen. Ik noem maar een paar punten. ‘Tweede’ natuur: dat betekent niet zo
vanzelfsprekend als de eerste. Bij de eerste natuur hoort geboren worden en dood gaan, hoort jong
zijn en oud worden. Bij de tweede natuur hoort hoe je dat natuurlijke proces invult. De vorige week
heb ik gezegd dat de term ‘pelgrim’ aangeeft dat wij christenen ons zien als mensen ‘op weg van A
naar Beter’. Hoop past daar bij. Straks in de prefatie klinkt dat door. ‘Nu nog zien wij allen naar die
toekomst uit, vol hoop en vastberaden’. Terwijl de eerste natuur zich vanzelfsprekend ontwikkelt,
een natuurlijk, automatisch proces inhoudt, vraagt de tweede natuur om inoefenen en blijven
oefenen, om actief bijhouden.

In onze geloofstraditie wordt hoop, samen met geloof en liefde, ook een ‘theologische’ deugd
genoemd. ‘Theologisch’ omdat ze ons dichter bij God brengen. Wie kan beter daarvan beter het
voorbeeld zijn dan Jezus, de weg, de waarheid en het leven, de ware levensweg. In de prefatie wordt
een belangrijk aspect van die ware levensweg genoemd, ‘kwetsbaar en klein’. Hoe kwetsbaar wordt
ook duidelijk in dat logo. De bovenkant van het anker is een kruis. We bereiden ons voor op de
kleine kwetsbare komst van de Heer en we weten dat wat in een kribbe begint op een kruis eindigt.
Maar we geloven ook dat het kruis de overwinning is van de dood. Een definitief begonnen begin.