Preek voor de Paaswake 2024

Herwi Rikhof

Gen. 1,1-2,2 Ex.14,15-30a Jes. 55,1-11 Rom. 6,3-11 Lc. 24,1-12

 

‘Overal in Europa gaan de lichten uit: we zullen ze in ons leven niet meer aangestoken zien worden.’ Dat zei de toenmalige minister van buitenlandse zaken Edward Grey aan het begin van de Eerste Wereldoorlog op 3 augustus 1914 toen in Londen de schemering inviel en de lantaarns in de straten werden aangestoken. Een uitspraak die verschrikkelijk genoeg nog steeds gedaan kan worden al worden er geen lantaarns meer aangestoken en is het nu eerder het begin van de lente dan het eind van de zomer. De voortekenen zijn niet gunstig voor mensen die een rechtvaardige samenleving voorstaan waarin iedereen wordt gerespecteerd, ongeacht geslacht, afkomst, kleur, geloofsovertuiging.

We beginnen de paaswake altijd in het donker, maar het lijkt alsof dit keer dat donker extra donker is, nooit is het wel een leuk spelletje, maar kent het een diepe symboliek, maar vanavond voelt die symboliek dieper aan. Ik ben niet de enige die overeenkomsten ziet met onze tijd en de dertiger jaren die geleid hebben tot de Tweede Wereldoorlog. Je hoopt dat mensen van de geschiedenis hebben geleerd, want als je niet van de geschiedenis leert, maak je telkens dezelfde fouten.

Toen we de afgelopen woensdag met de vormelingen in de Sint Jan in den Bosch waren voor de chrisma-mis, de mis waarin de bisschop de oliën wijdt die in alle parochies gebruikt worden voor het zalven van de zieken, voor de dopelingen en voor de vormelingen vertelde de bisschop in zijn preek ook dat volgend jaar weer een jubeljaar is. Ik had de poster wel gezien, maar nog niet echt aandacht besteed. De bisschop meldde ook dat het motto voor dit jubeljaar is: pelgrims van de hoop. Dat motto heb ik voor kennisgeving aangenomen, maar ik heb het de afgelopen dagen ook wat met me meegedragen. En gaandeweg is tot me doorgedrongen hoe passend en misschien ook hoe profetisch dat motto is.

Bij hoop moet ik altijd denken aan die prachtige tekst over de hoop van de Franse dichter Charles Péguy, die gestorven is in september 1914 in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog. Geloof, hoop en liefde zijn in onze geloofstraditie de drie deugden die ons naar God brengen. Die drie deugden worden in de traditie ook wel als drie zussen afgeschilderd. Péguy geeft aan die traditie een opmerkelijke draai: hij ziet de hoop als een klein meisje dat tussen haar grote zussen Geloof en Liefde huppelt, een klein meisje dat gemakkelijk over het hoofd wordt gezien, maar dat in feite die twee grote zussen meetrekt. Zonder hoop is er geen geloof, zonder hoop is er geen liefde. Paulus mag wel zeggen dat de liefde de grootste is van de drie, Péguy zegt dat die kleinste onmisbaar is.

Maar dat is niet enige opmerkelijke in dat lange gedicht van Péguy. Hij schrijft daarin ook: ‘De hoop is een kleine meisje van niets, dat in de wereld is gekomen op kerstmis van het vorig jaar.’ (L’Espérance est une petite fille de rien du tout, Qui est venue au monde le jour de Noël de l’année dernière). Door die opmerking associeer ik hoop met Kerstmis, maar de laatste dagen is me ook duidelijk geworden dat die hoop ook alles te maken heeft met Witte Donderdag, met Goede Vrijdag en met Pasen. Op Witte Donderdag hebben we Jezus in de Hof van Olijven horen bidden tot zijn Vader dat hij hoopt dat hij de beker van het lijden niet hoeft te drinken, maar we hebben ook gehoord dat dat gebed niet verhoord wordt, die hoop niet bewaarheid wordt. Op Goede Vrijdag bidt Jezus op het kruis een tekst waarin hoop en wanhoop samengaan: mijn God, mijn God waarom hebt U mij verlaten? En vannacht horen we dat lijden en dood niet het laatste woord hebben, dat wanhoop niet het uiteindelijke is, dat hoop sterker is dan wanhoop, leven sterker dan dood. En zo wordt duidelijk dat de hoop, ook al is het een meisje van niets, dat dat niet betekent dat hoop iets kinderachtigs is of iets  of naïefs. Hoop, de hoop die ons bij God brengt, is een gelouterde hoop, een hoop getekend door het leven.

En dan zegt Péguy nog iets opmerkelijks. Dat God verbaasd is over de hoop. Geloof en liefde zijn haast vanzelfsprekend, zegt God, maar de hoop niet: het is verbazingwekkend dat kinderen, dat mensen zien wat er allemaal gebeurt en geloven dat het morgen beter zal zijn. God zelf is er door verrast. Péguy gebruikt dan een beeld dat vannacht echt diepte krijgt: de hoop als een vlammetje. ‘Een dansend vlammetje dat de stroperigheid van de wereld heeft doorstaan, een trillend vlammetje dat de stroperigheid van de tijd heeft doorstaan, een angstig vlammetje dat de stroperigheid van de nachten heeft doorstaan … een vlammetje dat onmogelijk te pakken is, een vlammetje dat onmogelijk uit te blussen is door de adem van de dood.’  (Une flamme tremblotante a traversé l’épaisseur des mondes. Une flamme vacillante a traversé l’épaisseur des temps. Une flamme anxieuse a traversé l’épaisseur des nuits. … Une flamme impossible à atteindre, impossible à éteindre au souffle de la mort).

 Met het beeld van dat vlammetje voor ogen, ontdek ik hoe passend en misschien ook wel hoe profetisch dat motto is voor het jubeljaar: pelgrims van hoop. Mensen bewogen door hoop, mensen op weg naar hoop.

 ‘Overal in Europa gaan de lichten uit: we zullen ze in ons leven niet meer aangestoken zien worden.’ Maar vanavond hebben wij onze vlammetjes aangestoken, vlammetjes die niet te blussen zijn door de adem van de dood. Als mensen van de verrijzenis zijn wij inderdaad pelgrims van hoop, niet van een kinderlijke of naïeve hoop, maar van een doorleefde hoop.

 

 

 

 

Meer nieuws

Koninklijke onderscheiding voor pastor Herwi Rikhof

Vanochtend, op vrijdag 26 april, kreeg pastor Herwi Rikhof in […]

Parochiefeest 26 mei 2024 Malden

Zoals u weet heet onze parochie Heilige Drie-eenheid. Ons parochiefeest […]

Vacature: medewerker secretariaat (betaald)

De parochie Heilige Drie Eenheid zoekt, per 1 juli medewerker […]

Preek voor de 4de zondag van Pasen 21 april 2024 Cenakelkerk

Herwi Rikhof   1 Joh. 3,1-2 /Joh. 10,11-18 Hoe ken […]

Inventaris voormalige H. Hartkerk te koop

Parochianen van de voormalige O.L.V. van het Heilig Hartkerk in […]